Een (internationale) struvietmarkt

Struviet

RWZI Amersfoort was drie dagen lang het toneel voor nationale en internationale bijeenkomsten rondom de terugwinning van stoffen uit afvalwater, in het bijzonder struviet. Reststoffenunie mocht drie keer acte de acte de présence geven met presentaties over marktkansen en juridische barrieres.  O.a. tijdens de “Innovatiesalon”, “ARREAU Struvite Recovery & Recycling Learning Alliance” en het Symposium over fosfaatterugwinning ter gelegenheid van de opening van OMZET.Amersfoort.

Er zijn drie juridische hobbels naar een (internationale) struvietmarkt:  Ten eerste het verkrijgen van de einde-afvalstatus, in de meeste landen is struviet een afvalstof die eerst van de afvalstatus afmoet om te kunnen verhandelen. Dat kan door te voldoen aan de Europese einde-afvalcriteria. Die criteria zijn in heel Europa hetzelfde, maar elk land heeft zijn eigen, vaak lastige procedures. Ten tweede moet voldaan worden aan de meststoffenregelgeving, het meeste struviet is geen EG meststof die in heel Europa verhandeld mag worden. In dat geval val je terug op nationale regelgeving en toelating. Ook die is in elk land anders en in veel landen is struviet niet toegelaten. De derde hobbel is dat struviet dat de afvalstatus verliest, onder de werkingssfeer valt van de Europese chemicalienverordening Reach.

Struviet is niet de enige teruggewonnen stof die problemen ondervindt met de regelgeving bij grensoverschrijdende handel. De Noordzeelanden zetten zich onder de vlag “North Sea Recources Roundabout” in om daar wat aan te doen. Nederland, Frankrijk, Groot Brittanie en Vlaanderen hebben dit voorjaar een Green Deal gesloten met het bedrijfsleven en NGO’s om voor een aantal concrete casussen oplossingen te zoeken binnen de bestaande regelgeving. De export van struviet van Waternet naar Frankrijk (door Reststoffenunie) is één van deze casussen.

Ook in Nederland is de toepassing van struviet nog niet helemaal in kannen en kruiken. Reststoffenunie steekt er met de EFGF en Unie van Waterschappen veel tijd in om de laatste hobbels en onzekerheden weg te werken.

Een (internationale) struvietmarkt

Struviet

RWZI Amersfoort was drie dagen lang het toneel voor nationale en internationale bijeenkomsten rondom de terugwinning van stoffen uit afvalwater, in het bijzonder struviet. Reststoffenunie mocht drie keer acte de acte de présence geven met presentaties over marktkansen en juridische barrieres.  O.a. tijdens de “Innovatiesalon”, “ARREAU Struvite Recovery & Recycling Learning Alliance” en het Symposium over fosfaatterugwinning ter gelegenheid van de opening van OMZET.Amersfoort.

Er zijn drie juridische hobbels naar een (internationale) struvietmarkt:  Ten eerste het verkrijgen van de einde-afvalstatus, in de meeste landen is struviet een afvalstof die eerst van de afvalstatus afmoet om te kunnen verhandelen. Dat kan door te voldoen aan de Europese einde-afvalcriteria. Die criteria zijn in heel Europa hetzelfde, maar elk land heeft zijn eigen, vaak lastige procedures. Ten tweede moet voldaan worden aan de meststoffenregelgeving, het meeste struviet is geen EG meststof die in heel Europa verhandeld mag worden. In dat geval val je terug op nationale regelgeving en toelating. Ook die is in elk land anders en in veel landen is struviet niet toegelaten. De derde hobbel is dat struviet dat de afvalstatus verliest, onder de werkingssfeer valt van de Europese chemicalienverordening Reach.

Struviet is niet de enige teruggewonnen stof die problemen ondervindt met de regelgeving bij grensoverschrijdende handel. De Noordzeelanden zetten zich onder de vlag “North Sea Recources Roundabout” in om daar wat aan te doen. Nederland, Frankrijk, Groot Brittanie en Vlaanderen hebben dit voorjaar een Green Deal gesloten met het bedrijfsleven en NGO’s om voor een aantal concrete casussen oplossingen te zoeken binnen de bestaande regelgeving. De export van struviet van Waternet naar Frankrijk (door Reststoffenunie) is één van deze casussen.

Ook in Nederland is de toepassing van struviet nog niet helemaal in kannen en kruiken. Reststoffenunie steekt er met de EFGF en Unie van Waterschappen veel tijd in om de laatste hobbels en onzekerheden weg te werken.